Select Page

Behandeling hallux rigidus

Print Friendly, PDF & Email

Diagnose

De arts zal u vragen naar uw klachten en uw teen onderzoeken. De arts test de beweeglijkheid van de teen en let op bulten en zwelling. Daarna volgt meestal een röntgenfoto. Op een röntgenfoto is eventuele slijtage goed te zien.

Behandelingen bij een hallux rigidus

Er zijn verschillende behandelingen mogelijk als u een hallux rigidus hebt. Meestal wordt gestart met een conservatieve (niet-operatieve) behandeling. Als dit niet voldoende helpt zijn er verschillende operatieve behandelingen mogelijk.

Conservatieve behandelingen

  • Aanpassingen aan of in de schoenen. Uw arts kan u adviseren over aanpassingen aan of in uw schoenen. Schoenen met een stijve zool of steunzolen in uw schoenen kunnen helpen om de pijn bij het afwikkelen van de voet te verminderen.
  • Medicijnen. Pijnstillers en ontstekingsremmende middelen kunnen helpen om de klachten te verlichten. Er zijn middelen die u moet slikken en middelen die direct in het gewricht worden gespoten.

Operatieve behandelingen

  • Cheilectomie 
    Een cheilectomie is een operatie waarbij de botuitseeksels aan de boven- of zijkant van het gewricht worden verwijderd. De teen kan na de operatie weer beter bewegen en is minder pijnlijk. Soms verdwijnen de klachten niet helemaal, omdat de slijtage in het gewricht blijft. Na verloop van tijd kan de slijtage weer erger worden en de teen weer stijver en pijnlijker worden. Dan kan een artrodese overwogen worden.
  • Artrodese
    Een artrodese is een operatie waarbij een gewricht wordt vastgezet. Bij een hallux rigidus kan het gewricht tussen de grote teen en het middenvoetsbeentje (het MTP gewricht) worden vastgezet. De arts verwijderd eerst het kraakbeen uit het gewricht. Hierdoor kunnen de botdelen later aan elkaar vast groeien. Daarna worden de botten aan elkaar vastgezet met schroeven en/of een plaatje. Er is dan geen beweging meer mogelijk in het gewricht. Om uw voet zo goed mogelijk te kunnen gebruiken wordt de teen een beetje schuin omhoog gezet.
    Het voordeel van een artrodese is dat de meeste mensen helemaal geen pijnklachten meer hebben.

Hoe gaat het verder?

Na een conservatieve behandeling of een cheilectomie kunnen klachten blijven bestaan of weer toenemen. Dan kan een artrodese helpen. Het nadeel van een artrodese is dat het gewricht niet meer kan bewegen. Het voordeel is dat de meeste mensen na een artrodese volledig van de pijn af zijn.

Behandeling hallux rigidus

Print Friendly, PDF & Email

Diagnose

De arts zal u vragen naar uw klachten en uw teen onderzoeken. De arts test de beweeglijkheid van de teen en let op bulten en zwelling. Daarna volgt meestal een röntgenfoto. Op een röntgenfoto is eventuele slijtage goed te zien.

Behandelingen bij een hallux rigidus

Er zijn verschillende behandelingen mogelijk als u een hallux rigidus hebt. Meestal wordt gestart met een conservatieve (niet-operatieve) behandeling. Als dit niet voldoende helpt zijn er verschillende operatieve behandelingen mogelijk.

Conservatieve behandelingen

  • Aanpassingen aan of in de schoenen. Uw arts kan u adviseren over aanpassingen aan of in uw schoenen. Schoenen met een stijve zool of steunzolen in uw schoenen kunnen helpen om de pijn bij het afwikkelen van de voet te verminderen.
  • Medicijnen. Pijnstillers en ontstekingsremmende middelen kunnen helpen om de klachten te verlichten. Er zijn middelen die u moet slikken en middelen die direct in het gewricht worden gespoten.

Operatieve behandelingen

  • Cheilectomie 
    Een cheilectomie is een operatie waarbij de botuitseeksels aan de boven- of zijkant van het gewricht worden verwijderd. De teen kan na de operatie weer beter bewegen en is minder pijnlijk. Soms verdwijnen de klachten niet helemaal, omdat de slijtage in het gewricht blijft. Na verloop van tijd kan de slijtage weer erger worden en de teen weer stijver en pijnlijker worden. Dan kan een artrodese overwogen worden.
  • Artrodese
    Een artrodese is een operatie waarbij een gewricht wordt vastgezet. Bij een hallux rigidus kan het gewricht tussen de grote teen en het middenvoetsbeentje (het MTP gewricht) worden vastgezet. De arts verwijderd eerst het kraakbeen uit het gewricht. Hierdoor kunnen de botdelen later aan elkaar vast groeien. Daarna worden de botten aan elkaar vastgezet met schroeven en/of een plaatje. Er is dan geen beweging meer mogelijk in het gewricht. Om uw voet zo goed mogelijk te kunnen gebruiken wordt de teen een beetje schuin omhoog gezet.
    Het voordeel van een artrodese is dat de meeste mensen helemaal geen pijnklachten meer hebben.

Hoe gaat het verder?

Na een conservatieve behandeling of een cheilectomie kunnen klachten blijven bestaan of weer toenemen. Dan kan een artrodese helpen. Het nadeel van een artrodese is dat het gewricht niet meer kan bewegen. Het voordeel is dat de meeste mensen na een artrodese volledig van de pijn af zijn.