Behandeling liesbreuk
Hoe kan uw arts een liesbreuk vaststellen?
Behandeling van een liesbreuk
Een liesbreuk gaat nooit vanzelf over. Als u niet veel last heeft van de liesbreuk kunt u afwachten. Als u wel veel last heeft van de liesbreuk kunt u kiezen voor een operatie. Bij 3 op de 100 mensen raakt de liesbreuk bekneld. Dan moet u met spoed worden geopereerd.
Afwachten
Als u weinig klachten heeft en de zwelling makkelijk terug te duwen is, kunt u kiezen om af te wachten. De kans dat de liesbreuk bekneld raakt is klein.
Vaak wordt de liesbreuk wel geleidelijk groter. Meer dan de helft van de mensen heeft na een paar jaar wel een operatie nodig.
Opereren
Als u veel klachten heeft kunt u kiezen voor een operatie. Een operatie vermindert de klachten. Ook zorgt een operatie ervoor dat uw liesbreuk niet erger wordt en dat u geen beknelling krijgt. Een beknelde liesbreuk moet altijd geopereerd worden.
Bij een liesbreukoperatie verwijdert de arts de uitstulping. Daarna wordt de zwakke plek in de buikwand verstevigd. Bijna altijd gebruikt de arts een matje om de buikwand te verstevigen. Soms, als u geen matje wil, wordt de zwakke plek op een speciale manier gehecht. Artsen raden aan bij volwassenen altijd een matje te gebruiken. Bij gebruik van een matje is de kans 2 tot 3 keer kleiner dat de liesbreuk terugkomt. Ook herstellen mensen sneller na een operatie met een matje en hebben ze minder pijn.
De operatie kan gedaan worden via een snee in de lies (open operatie) of via een kijkoperatie.
Open operatie
Bij een open operatie maakt uw arts een snee in de lies. Dit kan onder plaatselijke verdoving. Het herstel duurt 1 tot 2 weken langer dan bij een kijkoperatie. De kans op langdurige pijn is iets groter na een operatie. Artsen raden een open operatie aan als u:
- een grote liesbreuk heeft;
- als u niet onder narcose wil of kunt;
- als u eerder een grote buikoperatie heeft gehad;
- als u bent bestraald in het buik- of bekkengebied;
- als de liesbreuk is teruggekomen na een kijkoperatie.
Kijkoperatie
Bij een kijkoperatie opereert de arts via de navel en 2 kleine sneetjes in de buik. Deze manier van opereren is wat moeilijker dan een open operatie en wordt alleen gedaan door ervaren artsen. Voor de kijkoperatie moet u onder narcose. De meeste mensen zijn na 1 week hersteld van de operatie. Artsen adviseren een kijkoperatie als u:
- in beide liezen een liesbreuk heeft;
- als de liesbreuk is teruggekomen na een open liesbreukoperatie;
- bij actieve mannen;
- bij vrouwen. Bij vrouwen is de kans dat de liesbreuk terugkomt wat kleiner na een kijkoperatie dan na een open operatie.
Wat zijn de risico’s van een liesbreukoperatie?
Een liesbreukoperatie is nooit zonder risico. Na een liesbreukoperatie heeft u kans op:
- een bloeding;
- een wondinfectie;
- vochtophoping. Bij 6 op de 100 mensen ontstaat wondvocht op de plek van de operatie. De kans op wondvocht is wat groter na een kijkoperatie. Het wondvocht verdwijnt meestal vanzelf binnen 6 tot 8 weken;
- een zenuwbeschadiging. De kans op een zenuwbeschadiging is wat groter na een open operatie. U heeft dan meer of juist minder gevoel in een deel van de lies of het bovenbeen. Meestal is dat tijdelijk;
- een pijnlijke zaadlozing. 6 op de 100 mannen heeft last van een pijnlijke zaadlozing na de operatie. Dit kan 6 tot 12 maanden duren;
- langdurige pijn. Ongeveer 1 op de 10 mensen heeft langer dan 3 maanden pijn na een liesbreukoperatie. Dat wordt ook wel chronische pijn genoemd. Meestal wordt de pijn later nog wel minder. De kans op langdurige pijn is wat groter na een open operatie.
Hoe gaat het verder na een liesbreukoperatie?
De meeste mensen mogen na een liesbreukoperatie nog dezelfde dag naar huis. U kunt nog een tijd last hebben van pijn en een blauwe plek. Tegen de pijn kunt u pijnstillers nemen.
De eerste week na de operatie moet u nog rustig aan doen. Meestal bent u na 1 tot 3 weken helemaal hersteld.
Na een liesbreukoperatie kunt u last krijgen van u verstopping. Uw huisarts kan u adviseren over het gebruik van een laxeermiddel.
Ongeveer 1 op de 10 mensen heeft na 3 maanden nog pijnklachten. Meestal is de pijn mild. 1 tot 3 op de 100 mensen heeft na 3 maanden nog ernstige pijn.
Er bestaat altijd een kleine kans dat u weer een liesbreuk krijgt. Dat gebeurt bij 2 tot 10 van de 100 mensen die geopereerd zijn.
Behandeling liesbreuk
Hoe kan uw arts een liesbreuk vaststellen?
Behandeling van een liesbreuk
Een liesbreuk gaat nooit vanzelf over. Als u niet veel last heeft van de liesbreuk kunt u afwachten. Als u wel veel last heeft van de liesbreuk kunt u kiezen voor een operatie. Bij 3 op de 100 mensen raakt de liesbreuk bekneld. Dan moet u met spoed worden geopereerd.
Afwachten
Als u weinig klachten heeft en de zwelling makkelijk terug te duwen is, kunt u kiezen om af te wachten. De kans dat de liesbreuk bekneld raakt is klein.
Vaak wordt de liesbreuk wel geleidelijk groter. Meer dan de helft van de mensen heeft na een paar jaar wel een operatie nodig.
Opereren
Als u veel klachten heeft kunt u kiezen voor een operatie. Een operatie vermindert de klachten. Ook zorgt een operatie ervoor dat uw liesbreuk niet erger wordt en dat u geen beknelling krijgt. Een beknelde liesbreuk moet altijd geopereerd worden.
Bij een liesbreukoperatie verwijdert de arts de uitstulping. Daarna wordt de zwakke plek in de buikwand verstevigd. Bijna altijd gebruikt de arts een matje om de buikwand te verstevigen. Soms, als u geen matje wil, wordt de zwakke plek op een speciale manier gehecht. Artsen raden aan bij volwassenen altijd een matje te gebruiken. Bij gebruik van een matje is de kans 2 tot 3 keer kleiner dat de liesbreuk terugkomt. Ook herstellen mensen sneller na een operatie met een matje en hebben ze minder pijn.
De operatie kan gedaan worden via een snee in de lies (open operatie) of via een kijkoperatie.
Open operatie
Bij een open operatie maakt uw arts een snee in de lies. Dit kan onder plaatselijke verdoving. Het herstel duurt 1 tot 2 weken langer dan bij een kijkoperatie. De kans op langdurige pijn is iets groter na een operatie. Artsen raden een open operatie aan als u:
- een grote liesbreuk heeft;
- als u niet onder narcose wil of kunt;
- als u eerder een grote buikoperatie heeft gehad;
- als u bent bestraald in het buik- of bekkengebied;
- als de liesbreuk is teruggekomen na een kijkoperatie.
Kijkoperatie
Bij een kijkoperatie opereert de arts via de navel en 2 kleine sneetjes in de buik. Deze manier van opereren is wat moeilijker dan een open operatie en wordt alleen gedaan door ervaren artsen. Voor de kijkoperatie moet u onder narcose. De meeste mensen zijn na 1 week hersteld van de operatie. Artsen adviseren een kijkoperatie als u:
- in beide liezen een liesbreuk heeft;
- als de liesbreuk is teruggekomen na een open liesbreukoperatie;
- bij actieve mannen;
- bij vrouwen. Bij vrouwen is de kans dat de liesbreuk terugkomt wat kleiner na een kijkoperatie dan na een open operatie.
Wat zijn de risico’s van een liesbreukoperatie?
Een liesbreukoperatie is nooit zonder risico. Na een liesbreukoperatie heeft u kans op:
- een bloeding;
- een wondinfectie;
- vochtophoping. Bij 6 op de 100 mensen ontstaat wondvocht op de plek van de operatie. De kans op wondvocht is wat groter na een kijkoperatie. Het wondvocht verdwijnt meestal vanzelf binnen 6 tot 8 weken;
- een zenuwbeschadiging. De kans op een zenuwbeschadiging is wat groter na een open operatie. U heeft dan meer of juist minder gevoel in een deel van de lies of het bovenbeen. Meestal is dat tijdelijk;
- een pijnlijke zaadlozing. 6 op de 100 mannen heeft last van een pijnlijke zaadlozing na de operatie. Dit kan 6 tot 12 maanden duren;
- langdurige pijn. Ongeveer 1 op de 10 mensen heeft langer dan 3 maanden pijn na een liesbreukoperatie. Dat wordt ook wel chronische pijn genoemd. Meestal wordt de pijn later nog wel minder. De kans op langdurige pijn is wat groter na een open operatie.
Hoe gaat het verder na een liesbreukoperatie?
De meeste mensen mogen na een liesbreukoperatie nog dezelfde dag naar huis. U kunt nog een tijd last hebben van pijn en een blauwe plek. Tegen de pijn kunt u pijnstillers nemen.
De eerste week na de operatie moet u nog rustig aan doen. Meestal bent u na 1 tot 3 weken helemaal hersteld.
Na een liesbreukoperatie kunt u last krijgen van u verstopping. Uw huisarts kan u adviseren over het gebruik van een laxeermiddel.
Ongeveer 1 op de 10 mensen heeft na 3 maanden nog pijnklachten. Meestal is de pijn mild. 1 tot 3 op de 100 mensen heeft na 3 maanden nog ernstige pijn.
Er bestaat altijd een kleine kans dat u weer een liesbreuk krijgt. Dat gebeurt bij 2 tot 10 van de 100 mensen die geopereerd zijn.