Select Page

Behandeling platvoeten

Print Friendly, PDF & Email

Diagnose

De arts zal eerst uw voeten onderzoeken en vragen of u klachten heeft. Zo kan uw arts bepalen of u soepele of stijve platvoeten heeft. Als u soepele platvoeten heeft zal verder onderzoek meestal niet nodig zijn. Als u stijve platvoeten heeft zal uw arts verder onderzoek doen naar de oorzaak van uw platvoeten. Meestal zal dan eerst een röntgenfoto gemaakt worden. Op de röntgenfoto kan uw arts zien of de botten in uw voet de platvoeten veroorzaken. Soms worden nog andere onderzoeken gedaan. Bijvoorbeeld een echo, om de pezen in uw voet te bekijken. Ook een bloedonderzoek of een botscan kunnen soms helpen om de onderliggende oorzaak van platvoeten te vinden.

Behandeling

Geen behandeling

Een behandeling is niet nodig als:

  • U soepele platvoeten zonder andere klachten heeft, die ook niet slechter (platter) worden.
  • Uw kind soepele platvoeten zonder klachten heeft. Bij kinderen onder de tien jaar zijn platvoeten een normaal verschijnsel.

Behandeling zonder operatie (conservatieve behandeling)

Soms is een behandeling wel nodig. Vaak is dan een behandeling zonder operatie voldoende. Er zijn verschillende mogelijkheden:

  • Steunzolen. Steunzolen geven uw voet extra steun. Dit helpt tegen de pijn en de vermoeidheid in de voeten. Er is geen bewijs dat op maat gemaakte steunzolen beter werken dan steunzolen die niet op maat gemaakt zijn.
  • Stevige schoenen. Als steunzolen nog niet voldoende helpen kunnen stevige schoenen uw voeten nog extra ondersteunen.
  • Oefeningen/fysiotherapie. Soms zijn de spieren of pezen in de voet te slap. Bij kinderen met platvoeten is de achillespees soms te kort. Een fysiotherapeut kan u helpen met oefeningen om de voet sterker te maken of de achillespees op te rekken.
  • Rust. Soms is de voet overbelast. U kunt dan pijn hebben tijdens of na activiteiten, bijvoorbeeld bij het lopen of staan. Het helpt dan om uw voeten vaker rust te geven, bijvoorbeeld door tijdelijk minder te lopen. Bij ernstige overbelasting kan de arts uw voet in het gips te zetten. Als u uit het gips komt kunt u steunzolen gebruiken om uw voet extra steun te geven.

Behandeling met operatie (operatieve behandeling)

Bij ernstige of stijve platvoeten is soms een operatie nodig. Er zijn verschillende soorten operaties:

  • Ingrepen aan de pezen. Soms werken de pezen in de voet niet goed. Ze kunnen ook te slap zijn. De pezen kunnen dan met een operatie verplaatst of versterkt worden.
  • Ingrepen aan de vorm van de voet. Als de platvoet wordt veroorzaakt door de stand van de botten in de voet kunnen deze door een arts in de juiste stand gezet worden.
  • Ingrepen aan de gewrichten. Een gewricht is een verbinding tussen twee of meer botten waarbij beweging mogelijk is. Bij platvoeten kunnen de gewrichten versleten zijn. Het gewricht kan ook erg stug zijn of niet meer in de juiste stand staan. De arts kan het gewricht weer in de juiste stand zetten. Daarna wordt de nieuwe stand vastgezet, bijvoorbeeld met schroeven. De medische naam voor het vastzetten van een gewricht is artrodese.

Tijdens een operatie kunnen meerdere ingrepen gecombineerd worden. De operatie gebeurt onder narcose of met een ruggenprik. Uw chirurg bespreekt met u wat in uw geval de beste keuze is. U blijft nog een nacht in het ziekenhuis om te herstellen van de operatie.

Gips

Na de operatie wordt uw onderbeen in het gips gezet. Uw voet krijgt dan rust om te herstellen. Dit kan in totaal 6 tot 12 weken duren. U mag uw voet niet belasten. Om zwelling te voorkomen is het belangrijk uw voet zoveel mogelijk hoog te houden. U kunt een bijvoorbeeld uw voeten op een krukje leggen als u zit.

Medicijnen

Uw arts zal u na de operatie pijnstillers en een middel tegen trombose voorschrijven. Trombose is een bloedstolsel dat een ader verstopt. U heeft meer kans op trombose als uw been in het gips zit. Daarom krijgt u medicijnen tegen trombose in de periode dat uw been in het gips zit. U krijgt het middel met een prikje. U heeft 1 prikje per dag nodig.

Controle

Ongeveer 2 weken na de operatie krijgt u een controle. Indien nodig worden dan de hechtingen verwijderd. U krijgt dan ook nieuw gips.

Herstel

Na de operatie mag u uw voet nog niet belasten. Uw behandelaar adviseert u wanneer u uw voet weer rustig mag gaan belasten. Na de gipsperiode start u met fysiotherapie. U krijgt oefeningen om de voet weer soepeler en sterker te maken. Ongeveer zes maanden na de operatie mag u de voet weer volledig gaan belasten. Na 12 maanden is uw voet volledig hersteld.

Steunzolen

In de meeste gevallen zal de arts u een steunzool adviseren. Dit voorkomt dat uw voet weer platter wordt.

Behandeling platvoeten

Print Friendly, PDF & Email

Diagnose

De arts zal eerst uw voeten onderzoeken en vragen of u klachten heeft. Zo kan uw arts bepalen of u soepele of stijve platvoeten heeft. Als u soepele platvoeten heeft zal verder onderzoek meestal niet nodig zijn. Als u stijve platvoeten heeft zal uw arts verder onderzoek doen naar de oorzaak van uw platvoeten. Meestal zal dan eerst een röntgenfoto gemaakt worden. Op de röntgenfoto kan uw arts zien of de botten in uw voet de platvoeten veroorzaken. Soms worden nog andere onderzoeken gedaan. Bijvoorbeeld een echo, om de pezen in uw voet te bekijken. Ook een bloedonderzoek of een botscan kunnen soms helpen om de onderliggende oorzaak van platvoeten te vinden.

Behandeling

Geen behandeling

Een behandeling is niet nodig als:

  • U soepele platvoeten zonder andere klachten heeft, die ook niet slechter (platter) worden.
  • Uw kind soepele platvoeten zonder klachten heeft. Bij kinderen onder de tien jaar zijn platvoeten een normaal verschijnsel.

Behandeling zonder operatie (conservatieve behandeling)

Soms is een behandeling wel nodig. Vaak is dan een behandeling zonder operatie voldoende. Er zijn verschillende mogelijkheden:

  • Steunzolen. Steunzolen geven uw voet extra steun. Dit helpt tegen de pijn en de vermoeidheid in de voeten. Er is geen bewijs dat op maat gemaakte steunzolen beter werken dan steunzolen die niet op maat gemaakt zijn.
  • Stevige schoenen. Als steunzolen nog niet voldoende helpen kunnen stevige schoenen uw voeten nog extra ondersteunen.
  • Oefeningen/fysiotherapie. Soms zijn de spieren of pezen in de voet te slap. Bij kinderen met platvoeten is de achillespees soms te kort. Een fysiotherapeut kan u helpen met oefeningen om de voet sterker te maken of de achillespees op te rekken.
  • Rust. Soms is de voet overbelast. U kunt dan pijn hebben tijdens of na activiteiten, bijvoorbeeld bij het lopen of staan. Het helpt dan om uw voeten vaker rust te geven, bijvoorbeeld door tijdelijk minder te lopen. Bij ernstige overbelasting kan de arts uw voet in het gips te zetten. Als u uit het gips komt kunt u steunzolen gebruiken om uw voet extra steun te geven.

Behandeling met operatie (operatieve behandeling)

Bij ernstige of stijve platvoeten is soms een operatie nodig. Er zijn verschillende soorten operaties:

  • Ingrepen aan de pezen. Soms werken de pezen in de voet niet goed. Ze kunnen ook te slap zijn. De pezen kunnen dan met een operatie verplaatst of versterkt worden.
  • Ingrepen aan de vorm van de voet. Als de platvoet wordt veroorzaakt door de stand van de botten in de voet kunnen deze door een arts in de juiste stand gezet worden.
  • Ingrepen aan de gewrichten. Een gewricht is een verbinding tussen twee of meer botten waarbij beweging mogelijk is. Bij platvoeten kunnen de gewrichten versleten zijn. Het gewricht kan ook erg stug zijn of niet meer in de juiste stand staan. De arts kan het gewricht weer in de juiste stand zetten. Daarna wordt de nieuwe stand vastgezet, bijvoorbeeld met schroeven. De medische naam voor het vastzetten van een gewricht is artrodese.

Tijdens een operatie kunnen meerdere ingrepen gecombineerd worden. De operatie gebeurt onder narcose of met een ruggenprik. Uw chirurg bespreekt met u wat in uw geval de beste keuze is. U blijft nog een nacht in het ziekenhuis om te herstellen van de operatie.

Gips

Na de operatie wordt uw onderbeen in het gips gezet. Uw voet krijgt dan rust om te herstellen. Dit kan in totaal 6 tot 12 weken duren. U mag uw voet niet belasten. Om zwelling te voorkomen is het belangrijk uw voet zoveel mogelijk hoog te houden. U kunt een bijvoorbeeld uw voeten op een krukje leggen als u zit.

Medicijnen

Uw arts zal u na de operatie pijnstillers en een middel tegen trombose voorschrijven. Trombose is een bloedstolsel dat een ader verstopt. U heeft meer kans op trombose als uw been in het gips zit. Daarom krijgt u medicijnen tegen trombose in de periode dat uw been in het gips zit. U krijgt het middel met een prikje. U heeft 1 prikje per dag nodig.

Controle

Ongeveer 2 weken na de operatie krijgt u een controle. Indien nodig worden dan de hechtingen verwijderd. U krijgt dan ook nieuw gips.

Herstel

Na de operatie mag u uw voet nog niet belasten. Uw behandelaar adviseert u wanneer u uw voet weer rustig mag gaan belasten. Na de gipsperiode start u met fysiotherapie. U krijgt oefeningen om de voet weer soepeler en sterker te maken. Ongeveer zes maanden na de operatie mag u de voet weer volledig gaan belasten. Na 12 maanden is uw voet volledig hersteld.

Steunzolen

In de meeste gevallen zal de arts u een steunzool adviseren. Dit voorkomt dat uw voet weer platter wordt.